Bij een aanzienlijk deel van de kinderen verloopt de taalontwikkeling niet voorspoedig, zei hoogleraar pedagogiek Elma Blom laatst. ‘Zo heeft ongeveer 7% van de 5-jarigen een persistente taalontwikkelingsstoornis (TOS). Voor hen is taalleren, zonder dat daar een duidelijke aanwijsbare oorzaak voor is, extreem moeilijk.’
Rol professionals
De rol die professionals in de kinderopvang hebben, waar de eerste stappen in de taalontwikkeling gezet worden, is daarom uitermate belangrijk. ‘Pedagogische medewerkers en leerkrachten moeten ervan doordrongen zijn dat zij medeverantwoordelijk zijn voor de taalontwikkeling van kinderen. Een minder voorspoedige taalontwikkeling is een factor die de publieke gezondheid kan bedreigen, omdat het serieuze consequenties heeft voor de ontwikkelingskansen van kinderen’, zei Blom in dit artikel over meertaligheid.
Handvatten
Om professionals hierbij te ondersteunen, krijgen zij tijdens de TOS-bijeenkomsten theorie, oefeningen en handvatten om de taal van het jonge kind te stimuleren. Zoals tijdens het Kenniscafé ‘De (niet) pratende peuter’. Afhankelijk van de vragen die er zijn, wordt dieper ingegaan op onderwerpen als taalachterstand, meertaligheid en slechthorendheid.
Locaties en data Kenniscafé’s en evenementen:
- 25 februari – Nederweert: TOS-beleving
- 4 maart – Leeuwarden: De (niet) pratende peuter
- 5 maart – Emmen: Taalproblemen in beeld
- 12 maart – Zwolle: TOS-beleving
- 12 maart – Eindhoven: De (niet) pratende peuter
- 12 maart – Emmeloord: De (niet) pratende peuter
- 14 maart – Venlo-Blerick: De (niet) pratende peuter
- 19 maart – Cuijk: Symposium: samen sterk in TOS
- 19 maart – Roermond: Minisymposium: samen werken aan taal
- 26 maart – Zoetermeer: De (niet) pratende peuter
- 27 maart – Rotterdam: De (niet) pratende peuter
- 28 maart – Doetinchem: Symposium: TOS in de Achterhoek
- 9 april – Venray: Nederlands met gebaren